Veel pannen dromen ervan om zo te zijn, maar weinigen slagen. De stalen pan wordt vaak gevonden in de handen van professionele koks vanwege zijn uitstekende thermische eigenschappen, vergelijkbaar met aluminium pannen, waardoor hij ideaal is voor het koken op hoge temperaturen. Zo vind je in veel Aziatische keukens wokpannen van staal omdat ze perfect zijn om mee te roerbakken, maar ook om mee te grillen, braden en sauteren.
Het is belangrijk om stalen pannen niet te verwarren met roestvrijstalen pannen. Zoals de naam al doet vermoeden, is een van de verschillen tussen staal en roestvrij staal dat de eerste kan oxideren als er niet een minimum aan aandacht en zorg aan wordt besteed.
Toch maken stalen pannen indruk met hoe snel ze opwarmen en afkoelen, hun efficiënte warmtegeleiding en hun natuurlijke antiaanbaklaag, die in de loop van de tijd verbetert.
Het klinkt misschien verrassend, maar slijtage is eigenlijk goed voor een stalen pan omdat er na verloop van tijd een vetlaag ontstaat die net als een antiaanbaklaag werkt. De enige voorwaarde is om de koolstofstalen pan net als een gietijzeren pan te kruiden, wat betekent dat je een dun laagje olie op het kookoppervlak moet aanbrengen en deze kort op middelhoge temperatuur moet verwarmen. Door herhaaldelijk op smaak te brengen verandert ook de kleur van de pan, waardoor deze donkerder wordt, wat een teken is dat voedsel steeds minder blijft plakken.
Stalen pannen hebben niet veel zwakke punten, maar je moet weten dat ze niet goed mengen met zuur voedsel (zoals tomaten of azijn). Deze kunnen de natuurlijke antiaanbaklaag beschadigen die je hebt opgebouwd door herhaaldelijk koken en kruiden.